Intro
Verschillende militaire operaties zijn tegen het einde van oktober 1944 in volle gang. Aan de zuidelijke kant van de Schelde is Zeeuws-Vlaanderen in geallieerde handen. Meer naar het oosten is Antwerpen reeds bevrijd van de Duitse bezetter.
Om de haven van Antwerpen in gebruik te kunnen nemen moet Walcheren van de Duitsers gezuiverd worden. Dan pas is een vrije doorgang over de Schelde mogelijk.
Er komt een plan om Walcheren vanuit drie richtingen aan te vallen. Vanuit het westen via de Bevelanden, Westkapelle vanuit het oosten en Vlissingen vanuit zuidelijke richting.
De aanval op Vlissingen is uitgevoerd door een enkele commando-eenheid, het No4 Commando. Met in hun voetsporen een infanteriebrigade (155thInfantry Brigade). Samen met ondersteunende eenheden zijn de Duitse eenheden in Vlissingen verslagen.
De weg naar Antwerpen over de Schelde lag open.
4th Special Service Brigade
Voor de aanval op Vlissingen is No4. Commando ondergebracht bij de 4th Special Service Brigade.
Eenheden van de 155th Infantry Brigade
The 7/9 Royal Scots
‘Prepare to move IMMEDIATELY.’ Afzender: Hoofdkwartier van de 155thInfantry Brigade. Datum: 1 november 1944. Tijd: 14:35. Op dit tijdstip begint voor de 7/9 Royal Scots het Vlissingse verhaal. Anderhalf uur later zijn zij vanuit Oostveld (België) onderweg naar Breskens, waar het bataljon in de vroege ochtend van 2 november de oversteek naar Vlissingen maakt.

241 Field Company Royal Engineers
De manschappen van het Corps of Royal Engineers zijn technisch getraind en uitgerust om genietaken uit te voeren. De engineers, ook wel sappers genoemd, hebben een gevechtstraining ondergaan. Hierdoor is het mogelijk de engineers in te zetten als infanterie. De bewapening bestaat uit verschillende wapens, waaronder machinegeweren. Deze uitrusting is in de eerste plaats bedoeld als zelfverdediging.
De 241 Field Company is een ondersteunende eenheid van een infanteriedivisie. De compagnie werkt onafhankelijk van andere genieonderdelen.

Oorlogsjournaal van Peloton No. 3
Royal Engineers
Bij het naderen van Vlissingen wordt het doodstil aan boord, de gezichten staan strak. Vingers gaan richting de veiligheidspal van de vuurwapens. Op nog geen honderd meter van het landingstrand slaan granaten dichtbij in. In de landingsboot realiseert men zich dat het vaartuig het doelwit is van de Duitse granaatbeschieting. Luitenant Burgress schrijft in zijn oorlogsjournaal over dit moment: “Ik ben ervan overtuigd dat alle dertig man een oprecht schietgebed doen.” .
